Nasi goreng betekent letterlijk: gebakken rijst. Het komt uit Indonesië waar ze ’s morgens restjes rijst van de avond tevoren opbakken om zo min mogelijk voedsel te verspillen. Een lekker snel maaltje, waar je ook makkelijk mee kunt variëren. Dus leef je uit en Selamat Makan!
zo maak je deze nasi goreng
1. Stamp de koriander fijn in een vijzel. Of gebruik gemalen koriander uit een potje (maar zelf stampen is lekkerder!)
2. Snipper de ui, rasp de gemberwortel en hak de knoflook fijn (of gebruik een knoflookpers).
3. Verhit de olie in een grote wok. Bak de uien, de knoflook en gember 3 minuten op middelhoog vuur. Voeg de koriander toe en schep alles om.
4. Was de prei, snij ‘m in dunne ringen en voeg die toe aan de wok. Roerbak 5 minuten.
5. Voeg de sojasaus en de bevroren doperwten toe. Ze ontdooien snel; in een paar minuten zijn alle doperwten frisgroen en warm.
6. Tot slot de taugé: goed afspoelen en laten uitlekken in een vergiet. Op het laatst bij de rest van de groente voegen. Hierna niet te lang doorbakken. De taugé moet warm zijn, maar ook lekker knapperig blijven.
de rijst opbakken
7. Verhit ondertussen alvast wat olie in een grote koekenpan en bak de rijst, die na een minuut of 5 ook warm en knapperig is.
8. Schep de nasi goreng en de groente op de borden en geef er emping en plakjes komkommer bij. Voor de liefhebber wat pindasaus.
omeletrol
Het feest is compleet als je er ook nog een luchtige omeletrol bij maakt. Die smaakt fantastisch en ziet er uit alsof ie rechtstreeks uit Azië is ingevlogen. Check het filmpje voor instructies:
tip
Gele rijst is ook erg lekker bij dit recept. Net als de witte rijst van tevoren koken en laten afkoelen. En dan later weer opbakken zodat het knapperige nasi wordt.